Natte uitdaging

Vervolg op: Middelbare vrijgezel mist moeder.
Ik was het niet van plan, maar het vervolg drong zich vanzelf op 😉
Eerst deel één en onder de foto deel twee.

Middlb. vrijgez. mist moeder

Vanavond is hij vast een zenuwinzinking rijker. Wachtend onder de grote klok in de stationshal, schaamt hij zich in de contactadvertentie het een en ander verzwegen te hebben. Maar hij kan toch moeilijk solliciteren bij een vrouw met: middelb vrijgez, knaapje, verkreukeld gezicht, slaaphaar, pessimist, mist moeder? Zijn diepste verlangen is een vrouw met een zonnig karakter, eentje die kleur in zijn leven brengt. Veeleisend is hij niet: als zij kookt en de geraniums in leven houdt, doet hij de afwas en het grove werk.

Lijn 8 blokkeert zijn gezichtsveld. Als de tram optrekt komt een vrouw dichterbij lopen. Wat ziet ze eruit! Alsof ze een greep uit de verkleedkist op zolder heeft gedaan. Zijn moeder zou die opzichtige kleuren beslist ordinair hebben gevonden. Dan pas valt het ‘m op dat ze hinkt. Met afschuw denkt hij aan die dokter op tv, die grote chagrijn…hoe heet ie ook alweer? Iets met Huis? De schrik slaat hem om het hart. Stel dat die vrouw…dat zij…

De vrouw kijkt naar de man op de strategisch afgesproken plek. Zou dat Dirk zijn? Wat ziet hij er verfromfraaid uit! Is hij heus van middelbare leeftijd? Dan oogt hij vroeg bejaard, maar wie weet is hij een laatbloeier. Als hij maar niet over haar manke been valt dat ze verzwegen heeft in de advertentie.

Weifelend stapt ze op hem af. ‘Ben jij Dirk?’ vraagt ze. Hij knikt. Ze steekt haar hand uit en zegt: ‘Aangenaam, ik ben Janneke.’ Zijn mond is gortdroog. Hij heeft het gevoel in een stilstaande stroomversnelling terecht te zijn gekomen.
‘Je loopt mank,’ is het enige wat hij kan uitbrengen.
‘Gelukkig ben ik geen tandarts,’ flapt ze eruit.
‘Geen tandarts?’ vraagt hij schaapachtig.
‘Ja, de invalide tandarts trekt met haar been, hahaha!’ Haar warme lach vult de stationshal. Zijn hart wordt week; zijn moeder is hij op slag vergeten.

 

Natte uitdaging

‘Dirk, doe nou eens gewoon één keertje gek,’ zegt ze terwijl ze en hap van haar boterham neemt. Een rode klodder jam valt op haar hand en met haar tong likt ze ‘m op.
‘Ik zou wel willen,’ zucht hij, ‘maar wattan?’
‘Spring eens in een sloot,’ zegt ze met een lichte schouderoptrek, alsof ze zeggen wil: ik maak het je wel heel gemakkelijk. Hij daarentegen valt bijna van zijn stoel. Ze slaat wel vaker wartaal uit, maar nu krijgt hij een opgejaagd gevoel. Vroeger, toen hij nog met zijn moeder samenwoonde, was zijn leven zorgeloos geruststellend. Ze grinnikt. Hij houdt van haar gegrinnik.

‘Als je één keer gek hebt durven doen, valt het de rest van je leven reuze mee,’ zegt ze zelfverzekerd. Wedden dat je er een goed gevoel aan overhoudt?’ Aan zwemmen in een sloot? Hij heeft zo zijn bedenkingen.
‘Ik heb geen zwembroek,’ werpt hij tegen.’
‘Een zwembroek? Nee…óf helemaal naakt, óf met al je kleren aan.’ Haar ogen peilen zijn gemoedstoestand. Ze vindt ‘m een lieverd maar hij heeft een levensgevaarlijk gebrek aan lef. ‘Weet je,’ zegt ze, ‘je zou ‘t nu gelijk kunnen doen…in de sloot springen.’

‘Het regent,’ zegt hij, en denkt: ik heb al slijtage aan mijn knieen. ‘Natter dan nat kun je niet worden. Laten we het samen doen! Met onze kleren aan! In het slootje achter het erf. Dan gaan we naar elkaar met modder gooien en wie het meeste kroos in zijn haar heeft, heeft gewonnen. Daarna kleden we ons binnen op de deurmat uit en rennen naar de douche. Dan ga ik je rug wassen.’ Met een ondeugend lachje voegt ze eraan toe: ‘En je afdrogen.’

Hij staart haar perplex aan. Voor enkele seconden is hij niet toerekeningsvatbaar. Sinds ze verkering hebben, heeft hij jaar alleen maar in het donker bloot gezien. Langzaam kleuren zijn wangen rood. Hij begint te zweten en onderdrukt een paniekaanvalletje. Zijn hart is voor de eerste keer geraakt door een vrouw, die zegt dat ze hem lief vindt. Wat is dan het probleem?
In zijn ogen ziet ze langzaam een verandering plaatsvinden. Met een voorzichtig lachje kijkt hij haar aan. Hij zegt niets, legt zijn bestek neer, en schuift zijn stoel naar achteren.
‘Zullen we dan maar?’ zegt hij blijmoedig. Hand in hand trotseren ze de regen.

15 gedachten over “Natte uitdaging

  1. Leuke verhalen, vlot geschreven. De grap van tandarts trekt met rechterbeen is natuurlijk bekend. Beetje jammer om dat te gebruiken. Maar de rest is echt af. Talentvol.

  2. Laat ik nou een sloot achter in mijn tuin hebben….maar ik zie mezelf nou niet bepaald met mijn lief in deze sloot springen. Al dat eendenkroos wat zich dan op “gekke” plaatsen opstapelt, he bah!

    Een leuk verhaal kakel!

  3. Zie je wel, eerste zagen hij en zij elkaar niet zo zitten.—-Maar liefde moet groeien en dan blijft ze bestaan. Het uiterlijk doet er dan nog weinig toe.
    Goed gezien Mirjam, je weet wat en hoe je moet schrijnven ! ! !

  4. ohhhh wat heerlijk, ik zie ze gaan, wat zal daar een geluk opborrelen uit de sloot, geweldig:-)

    wat schrijf je toch lekker,
    alsof ik een heerlijk boel zit te lezen,
    machtig,
    mijn dank is groot kakeltje:-)

    xxx

Laat een antwoord achter aan Mrs. T. Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *