In de wachtkamer begint de ellende al: op de achtergrond klinkt horrormuziek.
(Klik op het filmpje voor een sfeerimpressie)
Roos denkt: ik word niet goed. Kan ik nog zeggen dat ik ziek ben?
Met een luide bonk zwaait de deur van de behandelkamer open. Het geluid van doodsklokken ijlt door de lucht samen met een snerpende tandartsboor. Het licht gaat uit en zeven dappere vrienden mogen de kamer binnenlopen.
De deur bonkt weer dicht. Ze krijgen precies één uur de tijd om te ontsnappen uit deze vervloekte kamer door verborgen aanwijzingen op te volgen en raadsels op te lossen.
Als dolgedraaide Duracelkonijnen beginnen ze te zoeken. Alles kan een code verbergen: spiegels, rontgenfoto’s, een gebit, getallen, een veeg bloed aan de muur…
Ze vinden een Latijnse zin die ze willen vertalen, maar Roos vindt dat niet logisch. Dat zij Latijn kennen, alla, maar dan zou 90% van de bezoekers hier vastlopen. Twee minuten later ontdekt een vriendin dat ze slechts enkele letters uit de zin nodig hebben.
Hoe verder ze komen, des te enger het wordt. Clue na clue wordt het donkerder in de kamer, klinkt de horrormuziek harden en worden de kreten angstaanjagender. Je concentreren is onmogelijk.
Iemand vindt een code voor een deur, maar niemand durft ‘m in te toetsen.
Het feestvarken zegt met trillende stem tegen haar broer: ‘Hiervoor heb ik jou meegenomen. Dóe het!’
Bij wijze van support schuifelen alle deelnemers naar hem toe en gaan om hem heen staan.
Hij opent de deur en dan staan ze voor een bakstenen muur met een gat. Terwijl bij iedereen de rillingen over de rug lopen, heeft één persoon het lef zijn hand in het gat te steken en een sleutel te pakken.
De sleutel past op een kist die zo groot is dat er best iemand in zou kunnen liggen. Zodra de deksel ietsje omhoog komt, wordt het aardedonker in de tandartskamer. Iedereen gilt het uit.
In de kist gaat een zwak, rood licht branden. Er ligt geen lijk in; het is een doorgang naar een diep en duister gat.
Dit is het zenuwslopendste uurtje dat ze ooit hebben meegemaakt. Sommigen kunnen de spanning niet meer aan, en klampen zich in een hoekje aan elkaar vast. Niemand durft door het gat te kruipen.
Roos – niet bepaalt gezegend met de staalste zenuwen maar wel degene die per direct de griezelkamer wil verlaten- stelt zich beschikbaar om als zwaan-kleef-aan achter de jarige door de opening te wurmen.
In een hoek van de ruimte brandt een flauw licht. De muziek op orkaansterkte overstemt het zegevierend gejubel van de vriendinnen: ze hebben het volbracht!
Met verhitte hoofden nemen ze het compliment in ontvangst: ze zijn de eerste van 55 groepen van de afgelopen week die het gelukt is te ontsnappen. Ze hebben zelfs nog negen minuten over…
Iets voor jou zo’n feestje?