Ontdooide feesttenen

Keek op de week (116)

Zat op de fiets. Was vergeten overschoenen aan te trekken. Wielrenners die me tegemoet fietsten droegen ze wel. Onderweg las ik: 5 graden Celsius. Voelde met harde windtegen eerder als mín 5. Had als koukleum spoedig geen gevoel meer in kleinste onderdanen, en dacht: als ik thuis m’n schoenen uittrek, zijn ze overleden en schud ik de stompjes teen er zo uit. Net nu ze feestkleuren hebben.
Thuis zaten ze er nog aan. Ik zou zweren dat onder onze halplavuizen vloerverwarming ligt.

Blij verrast raapte ik de Wieler Reveue van de mat. Eindejaarsspecial! kopte de omslag.
Jottem! Maar hoe kwam-ie hier?
‘Schoencadeautje,’ zei Joris. ‘Dit is de eerste, maar niet de laatste,’ voegde hij er cryptisch aan toe.
Riep: ‘Dank u, Sinterkla-haas-je!’ Is ook eigenbelang van Man, hoor. Heeft-ie geen kind aan me (-:

Rosa klom aan wal. Bal in haar bek. Druipend liep ze naar me toe.
Er kwam een wandelaar aan die ik een gratis douchebeurt wilde besparen. ‘Zit en blijf,’ zei ik tegen Rosa. Lekkend bleef ze naast me zitten.
‘Mevrouw, mijn complimenten,’ zei voorbijganger. ‘Een bruine labrador die goed luistert, is een zeldzaamheid.’
Bedankte man voor compliment en holde met hond naar de overkant; bijna stikkend van de lach.
Vijf minuten eerder ging het er totaal anders aan toe. Rosa liep richting eind van een pad dat een fietspad kruist.
Ik riep: ‘Rosa, zit!’
Ze liep door.
‘Zit!’
En door.
‘Zit!’
Door….
Wat een verrassing: Baas kwam me tegemoet lopen! We zwaaiden naar elkaar.
‘Zit!’
Door…
We proestten samen van de lach.
‘Het is net Puck. Die denkt: regels gelden niet voor mij, behalve wanneer het in mijn voordeel is.’
Ik maakte een kommetje van m’n handen en zette dat voor m’n mond.
‘Ró-sá, zit!’
Rosa hield halt. Het begon te dagen in het Oosten.
‘Zit!’ riep ik weer. Rosa keek om.
‘Dat is haar fuck-you-baasje-blik,’ zei ik.
Baas gierde het uit.
We kletsten bij. ‘Wat heb ik u lang niet gezien!’ zei ik. ‘Máánden. U bent toch niet ziek geweest?’
‘Nee hoor, net zo gezond als anders.’
‘Stiekem op vakantie geweest? Spanje, Italië, met privéjet naar Griekenland,’ plaagde ik.
‘Ik ben het dorp niet uit geweest!’ schaterde Baas. Zijn lach golfde als een deken boven de weilanden.’
‘Kijk eens,’ wees ik naar Rosa.
Baas lachte nog harder. ‘Ze is moe geworden van het staan en er alsnog bij gaan zitten.’

Het loodgrijze wolkendek was zwanger van de regen. Nochtans was het droog. Mistdruppels kleefden op mijn bril.
Stond ineens roerloos op het graspad. Daar – aan de overkant van de sloot- stonden twee reeën. Zonder te bewegen, zochten m’n ogen Rosa: verdiept in een kuil graven naar mollen.
Durfde nauwelijks adem te halen, zo graag wilde ik reeën blijven zien.
Bewoog m’n armen opzij. Binnen een bliksemschicht verdwenen twee witte kontjes. Toen pas riep ik Rosa.

Post!
Ontving kaarten van Postcrossing maar kaart van blogster Dorothé (klik) was by far ansicht van de week.

101 gedachten over “Ontdooide feesttenen

  1. Hoi Mirjam,

    Te gekke nagellak:) Beetje Pipi:)

    Reeën zijn prachtige dieren, dan blijf je echt wel stokstijf staan.

    Rosa is een echte Labrador, ze horen ze te zijn:)

    Leuk die kaarten die je steeds ontvangt.

    Maak er een fijne zondag van, groetjes,
    Hilly

Laat een antwoord achter aan Hilly Nicolay Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *