Kinderen en dieren plagen: het is zijn lust en zijn leven. Heeft zijn kleine zusje een lolly gekregen, dan trekt hij die uit haar mondje en wacht grijnzend tot ze begint te loeien als een sirene. Tevreden maakt hij een lange neus.
Zodra hij hoort dat zijn moeder de kamer in komt lopen, stopt hij snel de lolly terug, en veegt de traantjes weg.
‘Zo lieverd, alweer terug van school?’ vraagt Moeder. Hij knikt afwezig. Ze geeft hem wat te drinken, trekt zijn geruite spencertje recht en zegt: ‘Er komt een optocht van het circus door het dorp. Ga maar kijken. Hier heb je een rolletje snoep voor onderweg.’
Peinzend zwaait ze hem na: waarom heeft hij toch zo weinig vriendjes? ’t Is zo’n speciale jongen!
Andere moeders bekijken hem met argusogen. Zij weten dat hij met voetballen liever teamgenootjes tackelt dan een doelpunt maakt. In de buurtsuper rijdt hij met een winkelwagen steevast “per ongeluk” tegen de hielen van winkelende mensen aan en diervriendelijke manieren heeft hij ook niet. Die moeders willen maar één ding: dat hij eens een ongelofelijke knal voor zijn kanis krijgt.
Alsof er niets veranderd is sinds zijn kinderjaren, kijkt hij naar de stoet circusartiesten die door het dorp trekt: acrobaten, jongleurs, danseressen, clowns, dieren…De baan van circusdirecteur lijkt hem op het lijf geschreven. Gewoon een kwestie van flink de wind eronder hebben, en zorgen dat mensen en dieren voor je beven. Genietend malen zijn kaken het rolletje snoep weg. Het lijkt wel of er ineens iemand tussen hem en de zon in gaat staan. Hij voelt een lichte tik op zijn schouder en kijkt nietsvermoedend omhoog *KLIK*
De klap dreunde nog een hele tijd na.