Liebster award

Van je blogvrienden moet je het hebben: Awards.
Harrij van Gedacht en Gedicht nomineerde mij een paar dagen geleden voor de Liebster Award. Met wel 11 vragen! Ik begrijp niet waar ik dat aan te danken heb. Mijn reactie was zo klaar als een klontje: “Oh my god: een lijstje… En ik ben genomineerd. Ik schrik me de zenuwen, want ik doe niet aan stokjes mee.”

Dezelfde dag kreeg ik van Trees van Iris Papilio The 3 things tag. Met 13 vragen nog al liefst! Ook fijn.
Meestal ontkom ik aan Awards door net te doen alsof ik gek ben (dat kost me totaal geen moeite) maar deze keer waag ik een poging.
Ik lap wel alle award-regels aan mijn laars en kies 11 vragen uit. Nummer 5 sla ik over; dat valt toch niemand op.

  1. Ben je trouw aan een partner of neem je het niet zo nauw?
    Ik ben zo monogaam als de neten.
  1. Waarom volg ik Harrijs blog?
    Hij heeft een scherpe punt aan zijn pen en ik houd wel van een eigen mening.
  1. Drie dingen in mijn tas.
    Portemonnee, een notitieboekje en een stapel pennen.

4. Drie favoriete fruitsoorten.
    Frambozen, ananas, en (Elstar) appels.

6. Waarom blog je?
    Schrijven en gelezen worden. Een dag niet geschreven, is een dag niet geleefd. Ik publiceer nog geen tiende van wat ik schrijf. Mijn schrijfschriften zijn een mengeling tussen een schatkist en een vuilnisvat.

7. Bespeel je een muziekinstrument of zing je?
Ik speel geen muziekinstrument meer. Ooit ga ik nog sax leren spelen. Zingen in huis is me door Man en Kind ten strengste verboden. Ik zing alleen nog tijdens solo-expedities in de auto.

8. Drie favoriete vakantiebestemmingen.
Noorwegen – Zweden – Corsica

9.Drie favoriete sporten.
    Wielrennen/Toerfietsen: als ik mijn fiets over zijn zadel aai, begint mijn hart meteen sneller te kloppen.
Hardlopen: het liefst samen met buufhond Billie, maar die is niet meer…
Zwemmen: ooit heb ik voor de triatlon getraind. Aan zwemmen heb ik een haat-liefde verhouding overgehouden.

10. Drie favoriete boeken:
– The deathly hallows – J.K. Rowling. alle afzonderlijke delen van Harry Potter     komen samen in dit laatste boek. Een ongelofelijke prestatie.
– Ik ben Pelgrim – Terry Hayes. Een vlijmscherpe thriller met talloze plots en wendingen. Ik zeg niet snel dat iemand iets moet lezen, maar deze mag je echt niet missen.
– Het evenwicht – Martin Bril. De meesterlijke observator en columnist die een persoonlijk verslag schrijft als hij voor de tweede keer getroffen wordt door kanker. Nederlands beste columnist van   zijn generatie. Hij overleed in 2009.
–  Simone van der Vlugt – Rode sneeuw in december. Een historische roman tegen de achtergrond van de Tachtigjarige Oorlog

11. Favoriete quotes:
– Don’t panic! The worst is yet to come.
– You can only be young once, but you can be immature forever.
– Never underestimate the power of an extremely pissed of woman.
– Eentje die je Donald Trump niet aan zijn verstand kan brengen: voor geld is alles    te koop, behalve het kwispelen van een hondenstaart.
– En de aller belangrijkste: Love is all you need!

Het is de bedoeling dat ik 8 medebloggers nomineer, maar daar zie ik vanaf. Ik houd ze namelijk graag te vriend. Wie het leuk vindt, mag zich uitleven!

De minnares

‘Hij is een heel goede minnaar,’ zegt de vrouw.
Ik blaas bijna de cacao van mijn cappuccino.
Haar vriendin knikt alsof ze de uitspraak al te vaak heeft moeten aanhoren.
De twee vrouwen zitten links van me aan een tafeltje. Ik schat ze begin dertig. Hun mobiel onder duimbereik en hun tas op schoot. Leuke types, blond en goed in de verf. Toon Hermans zou zeggen: “En onder hun ogen de betere kringen.”
Met volle tevredenheid stoeien ze met een gebakje.

‘Weet je dat zijn moeder nog bij hem schoonmaakt?’ vraagt de minnares.
‘Waaat!’ zegt de vriendin. Ze is duidelijk blij dit nieuwtje te horen.
‘Uhuh. Elke week komt ze bij ‘m soppen. En ze neemt haar eigen stofzuiger mee want hij heeft er geen.’
‘Dat méén je niet!’ zegt de vriendin. ‘Hoe oud is die gozer eigenlijk?’
‘Nog steeds 24,’ klinkt het afgemeten.
‘Komt er eigenlijk nog iets van?’ vraagt de vriendin.
‘Waarvan?’
‘Nou…wordt het serieus? Ga je weg bij Mark?’
‘Nee, natuurlijk niet!,’ klinkt het bitst ze. ‘Teveel gedoe voor de kinderen. Ik houd Thijs gewoon voor erbij.’

De vriendin twijfelt. Zal ze iets zeggen of haar laatste hap gebak naar binnen schuiven? Ze stopt toch maar het vorkje in haar mond en trekt het stukje taart er met haar tanden af. Zo beschadigt ze haar lippenstift niet. Ze kauwt, en als haar mond leeg is, zwijgt ze.
‘Wat,’ vraagt de minnares geirriteerd, ‘jij hebt er ook twee tegelijk gehad.’
‘Dat was in de vakantie!’ neemt de vriendin het voor zichzelf op, ‘En toen wist ik nog niet dat ik in verwachting van Jasmijn was,’ giechelt ze er achteraan. Terwijl ze het zegt, kijkt ze schichtig om zich heen.
Ik bestudeer net op tijd de menukaart.
‘Ben je niet bang dat Mark erachter komt?’
‘Jij bent de enige die het weet,’ zegt de minnares veelbetekenend.
De vriendin zegt op beschuldigende toon: ‘Je hebt wel drie kinderen, Mar.’
’Zodra ze het gekwetst gezicht van haar vriendin ziet, zegt ze ‘Sorry,’ maar ze meent het niet.

De mond van de minnares beweegt maar ik hoor niet wat ze zegt. Iemand heeft waarschijnlijk een ijs-koffie besteld want een machine hakt ijsblokjes in stukken. Als het apparaat stilvalt, staat de minnares op, en zegt: ‘Ik wil het er niet meer over hebben. Ik ga Mirre van het dagverblijf halen.’ Ze zet haar mok en gebaksschoteltje op het dienblad, pakt haar tas en mobiel, en loopt op hoge hakken naar buiten, de Hema-restauratie uit.

Haar vriendin gaat het allemaal te snel. Ze veert op en beweegt haar handen nerveus boven het  gebruikte serviesgoed. Ze kijkt waar de kast staat om het dienblad in te schuiven maar ziet er van af.  Ze smijt haar telefoon in haar tas en wringt zich haastig tussen tafeltjes door in de richting van de uitgang. Haar vriendin achterna.

Een bejaarde vrouw rechts van me, die het geheel net als ik van een afstand heeft zitten volgen, zegt glimlachend tegen mij: ‘Wat een leuke meiden, hè? En zo keurig!’
Ik knik welwillend. Ze moest eens weten!

Postcrossing

Ik ontvang graag post. (Mits het geen rekeningen of blauwe enveloppen zijn.)
Daarom ben ik gaan meedoen met Postcrossing.
In bijna twee jaar tijd heb ik iets meer dan driehonderd kaarten ontvangen en verstuurd. Het is leuk en relatief goedkoop, maar vooral heel nostalgisch om via de post ansichtkaarten met onbekenden van over heel de wereld uit te wisselen.

Elke keer als de brievenbus kleppert en er een ansichtkaart in de bus valt, is het of ik een cadeautje krijg. De ene keer uit Belarus, de andere keer uit Finland of Japan.
Postcrossing combineert oude en nieuwe media met elkaar. De registratie en de aanmaak gaat via de website; de kaarten worden bezorgd via de post.

In je profiel kan je je voorkeur voor een bepaald thema aangeven. Ik vraag om kaarten met fietsen, oude gebouwen, Scandinavische huizen, vuurtorens, iets blauws of David Bowie. Van de laatste heb ik er helaas nog geen ontvangen. Ik vraag of mensen iets persoonlijks over zichzelf willen schrijven, of hun favoriete quote, gedicht of muziek.

Wat me is opgevallen aan al die kaarten is dat:
* Taiwanezen en Chinezen uitermate trots zijn op hun land en de ontvanger proberen over te halen tot een bezoek. Ze schrijven een wervende propaganda in uiterst secuur geschreven regels met een zwarte inktpen.

* Duitsers sturen graag kaarten uit landen waar ze op vakantie zijn geweest. Krijg ik een kaart uit IJsland – leuk, mijn eerste! denk ik dan – blijkt hij afkomstig van onze oosterbuur. Het minst leuk vind ik hun kaarten met een postzegel met: “Deutschland fussball weltmaister 2014.” 🙂

* Russen sturen veel kaarten met een foto van een fruitcorporatie uit lang vervlogen tijden. Velen kennen geen Engels en krabbelen iets in het Russisch.
De dames heten óf Olga óf Anastacia.

* Sommige afzenders hebben zo’n slordig handschrift dat hun hanenpoten in het Engels nog grotere hiërogliefen zijn dan de Russische groeten.

Roos en ik hebben van een foto van molens in Kinderdijk ansichtkaarten laten drukken. Duizend stuks. Kunnen we even vooruit.
Ongeacht naar wie ik een kaart stuur: ik plak de postzegel op zijn kop. Een vleugje anarchie in de geordende postwereld!

Is dit alles?

Eten is helemaal Rosa’s ding is.
Ze eet niet, ze vreet niet, ze schrokt, en ze boert met verve na iedere voeding.

Omdat wij geen hond met een Bourgondische buikomvang willen maar eentje met een taille, krijgt ze driemaal daags een gebalanceerde hoeveelheid brokjes. In no time schrokt ze die naar binnen alsof ze elke dag haar eigen PR probeert te verbeteren. Zijn de brokjes op dan kijkt ze je aan met de blik: is dit alles, oehoehoehoe, is dit alles, wat er is?

Tussendoor krijgt ze alleen een snoepje als ze gaat slapen in haar bench. Verder niets. Zielig, hè?
Dat vindt Rosa ook. Zie die blik:

Ter aanvulling op haar “dieet,” jat ze stukken winterpeen uit Saartjes etensbak en de uienschillen uit de afvalbak. Zodra Mevrouw Konijn haar hard brood in de keuken heeft opgevreten en haar hielen licht, snelt Rosa dichterbij om de kruimels op te likken. En maar aan die konijnenkont snuffelen in de hoop dat Saar net een keutel produceert.

Zo’n pup gun je toch een Fanta?

Omdat het vakantie was, het al drie dagen regende en we ergens overdekt mét hond wilden recreëren, besloten we naar een hondenwalhalla te gaan. (In wiens auto denk je? Tip: niet in die van Joris.) Dat was niet de ballenbak voor kleuters maar een tuincentrum waar het personeel “van-je-a-ja-jippie-jippie-jeeh” zingt.
We pakten een boodschappenwagentje, legden er een meegenomen mat in, zetten Rosa erbovenop, zetten koers naar de afdeling waar je zelf hondenbrokken mag scheppen, en maakten er een proeverij van.

Van elk soort mocht Rosa er eentje proeven. Er ging een wereld voor haar open: mini mergpijpjes, grote mergpijpen, kauwbrokken, ronde brokken, mini kluiven, grote kluiven, knoopbrokken, ordinaire hondenbrokken, dinerbrokken, beloningsbrokken…Zoiets durf je niet te hardop te zeggen  in landen waar mensen weinig te eten hebben.
Fatsoensrakkers zijnde hebben we voor de opgevreten brokken betaald.

Rosa had de middag van haar leven en ging met een kogelrond buikje naar huis. En buiten mocht ze doen wat ze het liefste doet:

Barcelona

 

Roos staat weer met beide voeten op Nederlandse bodem.

‘Het was heerlijk,‘ zucht ze, ‘zó heerlijk.’
In tegenstelling tot de blijmoedige opmerking heeft ze een gezicht als een oorwurm, want nu zit ze met haar digitale foto’s in de regen hier.

‘Alles was leuk,’ vervolgt ze. ‘Het strand was mooi; de zee schoon en helder en leek net een golfslagbad, maar dan een echte. En ik heb nergens beestjes gezien. Nou ja, één wesp,’ zegt ze.
Vliegende beestjes zijn nogal een dingetje bij Kind.

Ze roert met ferme halen door haar koffie en vertelt dat ze ’s ochtends van 9 tot 11 uur naar het strand gingen. Daarna douchen, omkleden en de hoteldeur uit naar een bezienswaardigheid.

De vakantie in Barcelona was vooral een cultureel uitstapje. Als eerste hebben de dames de Sagrada Familia bezocht. Van de buitenkant vonden ze het “een lelijk ding met al die bogen en frutsels,” maar de binnenkant maakte alles goed: modern en heel kleurrijk. Roos is er vol van.
Andere hoogtepunten waren het Park Guell; Castel Montjuic en Parc del Ciutadelle.
Regelmatig trokken de vriendinnen een sprintje naar bankjes in de schaduw, want wat was het warm! Ze zweetten zich een hoedje in die zinderende hitte.

Voor de lunch kochten ze verse broodjes, beleg en fruit bij de Spaanse Lidl. Suzanne had duidelijk een positieve invloed op Roos’ vitamine-inname want Kind WhatsAppte een foto van zichzelf met een reusachtig stuk fruit wat ze daarna uit eigen beweging en geheel vrijwillig heeft opgegeten.
’s Avonds uit eten. Het smaakte prima en kostte geen drol: een driegangen diner voor 16 euro. Zeg nou zelf, voor tomatensoep, pasta met zalm en een toetje?
Daarna nog een drankje op een terrasje, waarna ze naar hun hotel hólden voor de airco en de Wifi.

Halverwege de week herinnerde ik Roos er tactvol aan dat ik een souvenirtje wenste. Ik moest bijna gereanimeerd worden toen ze antwoordde dat ze de cadeautjes al gekocht had. Voor zichzelf had ze twee flesjes nagellak gekocht. Logisch, daar heeft ze er pas 27 van.

Haar vader was even in paniek was omdat er na vijf dagen nog steeds geen geld van Roos’ rekening was afgeschreven. Waarom, waarom had ze nog niets gepind? Het verlies van haar pinpas lag nog vers in zijn geheugen.
Het antwoord was simpel: het meegekregen zakgeld was nog niet op.

Ze is niet dronken of stoned geweest; en het belangrijkste: niet verliefd geworden op een Spanjaard.
Roos mocht dan al meerderjarig zijn, ze is met grote stappen volwassen aan het worden: gedurende vakantie is ze he-le-maal niets kwijtgeraakt!
Nou ja, toch wel: haar witte kleurtje.