Hansje Pansje kevertje

‘Wat is je vraag voor deze Innerlijke Reis?’ vraagt Tanja, de natuurgeneeskundig therapeute.
Ik zeg dat ik een bouwlamp wil richten op mijn chronische vermoeidheid.

Bij zo’n Reis pak je gebeurtenissen aan die op je harde schijf staan opgeslagen. Zoiets als een “reset.”
Ik word al ziek/zwak/misselijk bij de gedachte. Het liefst zou ik ‘m onder narcose ondergaan maar ik moet juist naar mijn gevóel toe. Een zware opgave. Ik zie het maar als een potje worstelen met mezelf.
Het is een soort geleide meditatie: ogen sluiten, lichaam ontspannen en een trap met tien treden afdalen. Ik mag zelf een vervoermiddel en een bestemming kiezen.

Ik parkeer mijn Mini Cooper op het strand en stap uit. Het is koud en bewolkt. Met mijn rug sta ik tegen het prikkeldraad van het duin. Voor me strekt zich het strand en de eindeloze zee uit. Er is geen levende ziel te bekennen.
‘Hoe voel je je?’ vraagt Tanja.
‘Opgesloten,’ zeg ik.
‘Waarom voel je je opgesloten?’
‘Door de vermoeidheid in mijn lichaam.’
‘Waar wordt die door veroorzaakt?’
Meteen voel ik een dreun van eenzaamheid en pak met twee handen de stoelleuning vast.
‘Wat gebeurt er?’ vraagt T.
‘Zo raar,’ zeg ik, ‘ik dacht dat ik viel.’
‘Waar wordt de vermoeidheid door veroorzaakt?’ herhaalt ze.
‘Eenzaamheid, verdriet en onveiligheid.’ Ik som het op alsof ik de antwoorden van een kaartje lees. ‘Ik voel me nog alleen-der-der op de wereld dan Remi,’ voeg ik eraan toe.
Dat boek moest ik vroeger lezen en herlezen. “Het is zó mooi,” vond m’n moeder, en ik maar janken.

Stuk voor stuk moet ik de gevoelens groter maken. Een deksels karwei.
Bij binnenkomst had ik de doos tissues al zien staan die Tanja voor me had neergezet voor het geval mijn traanbuizen gaan jeuken. Ik háát tissues.
Ik voel me zwaar; alsof de zwaartekracht me tegen het zand wil drukken. En zwart. Alles in mij is zwart.
‘Hoe krijg je dat eruit?’ vraagt T.
‘Door onweer,’ zeg ik. Zo langzamerhand kijk ik nergens meer van op.
‘Maak er een wervelende show van!’ moedigt de therapeute me aan.

Ik maak er apocalypserig rotweer van. Het knettert, het flits, het rommelt en dondert. Inktgrijze wolken laten roffelend hun lading vallen. Ademloos en zeiknat sta ik eronder en geniet. Dan laat ik repen blauw in de lucht langzaam dichterbij komen.
En daar is de zon. Ze schijnt op m’n gezicht en in een mum van tijd ben ik droog. Ik voel me net Hansje Pansje kevertje. Al het zwart in mij is in één keer weg; wat een feest! Ik voel me zo licht als een veertje.

Ineens ben ik weer omhuld door duisternis. Er dringt zich een groeiende berg irritatie in me op. Wat nou weer?
‘Waar ben je nu?’ vraagt T.
Goeie vraag…
Met duim en wijsvinger doe ik een aansteker na: het geeft een glimpje licht. Genoeg om te zien dat ik in de donkere kelder onder ons huis in Rotterdam sta. Waar het altijd donker en vochtig was en grote spinnen zaten. Een druk op de lichtknop leverde 20 seconden zicht op; daarna floepte het automatisch uit. Te weinig tijd om naar de trap naar boven te rennen. Doodeng vond ik dat als
kind. Maar ik ben geen kind meer, en niet meer bang voor spinnen of duisternis! Op de tast vind ik de deur naar de binnentuin. Ik trek ‘m open. Zonlicht prikt in mijn ogen en ik zie dat het goed is.

Eén-en-twintig!

31 maart 1996.
Zondag 23.00 uur breken mijn vliezen op de wc. Mijn tot barstens toe gezwollen buik heeft z’n langste tijd gehad. In bed heb ik direct weeën en blijf heel de nacht wakker. Man niet. Hij stapt in bed en valt acuut in coma; een enorme steun.

1 april 1996.
9 uur. Daar is de verloskundige. Ze vraagt om de hoeveel minuten ik weeën heb en rent weer weg. ‘Tot 12 uur.’
Tot 12 uur? Duurt het nog zo lang?

12 uur. De VK komt, voelt en gaat weer weg. ‘Tot 15 uur!’
Tot 15 uur? Ik kan haar wel sláán.
Man zegt: ‘Ik ga eten. Wil je ook een boterham?’
Echt hè? Ik verkeer in barensnood en hij denkt aan eten.

13 uur. Mijn vader komt een extra pak kraamverband brengen.
Door de continue lekkage ben ik er doorheen.
‘Het valt niet mee, hè?’ zegt-ie.
En dat vertelt-ie me nu pas!

15.30 uur. De VK komt en blijft. De kraamhulp verschijnt ten tonelen.
Ik weet niet meer hoe ik de weeën moet opvangen. Tevergeefs probeer ik alle standjes uit.

17.00  uur. Ik ben kapot. Ik kap ermee! Ik stuur iedereen de deur uit. Ook Joris. Vooral Joris: ‘Het. Is. Jouw. Schuld!’
Ik kijk intimiderend maar iedereen blijft.
‘Nu moet het binnen een uur geboren worden anders moet je naar het ziekenhuis,’ dreigt de VK.

18.00 uur. Mijn gezicht en kleren zijn drijfnat. Ik pers alsof mijn leven ervan afhangt. Ik doe net of ik moet poepen, maar dan anders.
‘Wil je het geboren zien worden?’ vraagt de kraamhulp. ‘Dan pak ik de spiegel uit de badkamer.’
‘Alsjeblieft niet.’

18.40 uur. Ik beval op de grond in de slaapkamer. Er verschijnt een hoofdje met navelstreng om de nek.
‘Doe maar even rustig aan,’ adviseert de VK.
Net nu ik een lancering in gedachten had.

18.45 Ik ben moeder! Maar van wie?
Alle drie kijken ze met obsessieve interesse tussen mijn benen.
Ik hoor en zie niets, en word op zes verschillende manieren zenuwachtig.
‘Ze (!) krijgt zuurstof,’ zegt Joris geruststellend.

Dan een brul en er wordt iets op mijn buik gelegd.
Wat is dat? denk ik. Oh ja, een baby! Door de pijn was ik vergeten waar ik mee bezig was.
‘Ik doe het nóóit meer,’ zeg ik hartgrondig tegen de VK.
‘Dat zeggen ze allemaal,’ lacht ze.
‘Maar ik meen het,’ werp ik tegen. ‘Hecht mij maar met schrikdraad.’
‘Meid, je bent een wonder. Bevallen van een negenponder zonder knip of scheur.’

Ik kijk naar mijn levende kunstwerk: een meisje met rood haar en een verkreukeld gezicht. Ik heb het gevoel alsof een loc met 67 goederenwagons over me heen is gereden, maar ze is het waard.

Lieve Roos ♥ de wereld werd pas mooi met jou erbij.
Van harte gefeliciteerd met je éénentwintigste verjaardag !

Fibro…eh…myal-dinges

Die dag begon zo goed totdat mijn wekker afliep.

Het waaide debiel hard. Vogels hingen zeeziek in de bomen en tijdens mijn rondje met Rosa overleed de stormparaplu. Meestal is het één balein die het begeeft, maar ditmaal waaide de ene helft van de plu volledig over de andere heen.
’s Avonds constateerde Man: ‘Vakkundig gesloopt, je moet het maar kunnen.’

Onderweg naar het ziekenhuis in Gouda stond ik stil bij een stoplicht. De auto voor me trok op, ik deed hetzelfde, tot m’n voorganger abrupt op de rem ging staan, ik een fractie te laat was en een zachte duw het resultaat was.
Een zijstraat verder stapten we uit onze auto.
‘U heeft me aangereden! U heeft me aangereden!’ krijste de bestuurster hysterisch.
Op haar achterbank ontwaarde ik een maxi cosi met baby en snapte haar doorgedraaide emotie.
Ik gunde me geen tijd het schadeformulier in te vullen en schreef mijn privégegevens op een kladje.

In de parkeergarage waren alle zes verdiepingen inclusief het dak bezet. De terugreis naar buiten duurde twintig minuten. Ik besloot m’n koekblik bij een hoog flat neer te prakken, holde naar het ziekenhuis en meldde me exact op tijd bij de balie.
Waar mag je tegenwoordig nog ongeremd zeuren en zaniken? Bij de internist.
Gewapend met mijn handtas liep ik zijn spreekkamer binnen. De arts straalde een serene rust uit.
Moe van het nietsdoen en krom van de spierpijn klaagde ik: ‘Als ik hier druk, doet het daar pijn, en als ik niet druk overal.’
‘Waar zit de pijn precies?’
‘Hoofd, schouders knie en teen, en overal ertussenin. Ik heb zo’n spierpijn, als deze neerwaartse spiraal doorzet, word ik nog hersendood.’
‘U ziet er niet depressief uit,’ sprak de arts welwillend. ‘De meeste mensen stappen hier naar binnen met hun hoofd naar beneden.’
‘Emotionele oprispingen reserveer ik voor thuis,’ bekende ik.

Hij keek somber alsof hij het antwoord op mijn klachten al wist.
Ik ook. Al een half jaar, maar ik wilde het van een expert horen.
‘Fibromyalgie, een pijnsyndroom zonder ontstekingen. Ook wel wekedelenreuma genoemd.’
Het klonk geruststellend. Ik voelde me acuut een stuk beter. Zonder etiket ben je – waar ik vandaan kom – een aanstelster.
‘U gaat een traject in: naar de reumatoloog, fysiotherapeut en krijgt begeleiding hoe om te gaan met pijnklachten.’
Ik slikte alles voor ongezoete koek en kon weer gaan.

Terug bij de auto fladderde een wit vel papier uitdagend onder de ruitenwisser. Een parkeerboete van 61 euro 80. Ik voelde me genaaid  een hond die zijn vacht uitschudt na een lange wandeling in de regen.
Terwijl ik naar huis reed, scheen de waterig winterzon spookachtig door grillige wolken op de polderwegen. Met de wissers op de hoogste stand-  evenals de verwarming – besloot ik dat ik in ieder geval droog zat.
Mijn glas is nooit halfvol. Ik weet waar de kraan is.

En de winnaar is…

Tada…..

Gewonnen met 10 punten:
1. Marja gaf als eerste de antwoorden door en bleek qua score alleen te evenaren.
2. Wiebeltjes schreef dat ze “reteslecht” is maar sleept ondertussen de prijzen in de wacht.
3. Karin wist niet alleen dat ik saxofoon wil leren spelen, maar moedigde me meteen aan les te nemen.
4. Frederique zei – bescheiden als ze is – dat ze zeker één antwoord goed had; het bleken er tien!
5. Ekim vroeg zich af of hij me na jaren vriendschap nog een beetje kent. Dat blijkt een retorische vraag.

Vijf winnaars betekende dat er geloot moest worden. Ekim gaf aan geen prijs te willen (hij woont nogal klein) dus bleven er vier kandidaten over.

Roos vouwde briefjes met winnaars dicht. Deed ze in een emaillen vergiet, grabbelde erin rond en de winnares is….KLIK.
Lieve winnares, wil je me je adres mailen?

Er zijn geen verliezers, alle deelnemers krijgen eeuwige roem!

Op een gedeelde tweede plaats (met 9 punten) zijn geëindigd:
– Marlou: vulde de lijst in met een uitstekend resultaat.
Minoesjka: zei dat ze veel moest gokken. Ga op paarden wedden; je bent een natuurtalent.
– Mrs Williams: moest uren zoeken voor ze de antwoorden had.
– Gwennie: we blijven beiden Martin Bril-fan!
– A’tje: mijn complimenten: jij hebt als twee van de weinigen vraag 14 goed beantwoord: de tekst op mijn waarschuwingslabel.

Op een gedeelde derde plaats zijn geëigend:
– Lutje: (8 punten) was zo inventief mijn juiste email-adres te vinden.
– Petr@: wil vast net als ik dierenbeulen strenger straffen.
– Dien: helaas, ik ben geen stoer wijf, maar we blijven partners in crime.
Anneke: dacht dat ze weinig antwoorden goed had, maar een score van acht is niet slecht.
Riet: (7 punten) Heel sportief! Ze deed mee maar hoefde geen prijs.
Karel: werd pffff moe van al die antwoorden invullen.
– Mrs T: dacht dat ik de tijd wilde stilzetten als ik kon toveren.
– Frank: (6 punten) de originaliteitsprijs is voor jou! Om je eigen favoriete beroep (machinist) tussen mijn antwoorden te zetten was een meesterzet.
– Di Mario: je antwoord op vraag 7 verbaast me niets, vredesactivist als je bent.
– Fotorantje: dacht dat ik onzichtbaar wilde zijn. Typisch een wens van een fotografe.
Logbankje: (5 punten) nam als muziekkenner aan dat mijn ultieme liefdesliedje tóch van David Bowie was.

De antwoorden:
1.Mijn favoriete boek kon je lezen op de link naar Liebster Award. Het eerste antwoord is raak: The deathly hallows van J.K. Rowling. waarin alle afzonderlijke delen van Harry Potter samen komen. Een ongelofelijke prestatie.
2. Later als ik groot was, wilde ik dierenarts worden.
3. Als ik een slechterik kon zijn: Juf Bulstronk. Als enige met filmpje. De andere linken verwijzen naar Wikipedia.
4.Mijn favoriete zanger? David Bowie. Who else?
5. Als ik kon kiezen zou ik niet steenrijk willen zijn maar willen slapen, slapen, slapen. Een makkie voor de kenners.
6. De kekke laarsjes. Zie foto.
7. Toverspreuk. Een conflict met mezelf: vrede voor iedereen is een nobel streven maar ik blijk wraakzuchtiger dan gedacht en kies voor dierenbeulen strenger straffen.
8. Ik zou willen dineren met Aletta Jacobs. Sorry, sorry, sorry, ik stel velen teleur. Ipv voor een “stoer wijf” te kiezen, kies ik voor een feministe die studeren voor vrouwen op de kaart zette.
9. Het ondeugendste was Roos heeft gedaan? Ik weet het niet. Ze deed het alle vier! Elk antwoord is daarmee goed. Zie je dat ik meeval?
10. Mijn favoriete winkel is: O zo mooi. De enige link die naar een blog van mij doorverwijst. De overige linken verwijzen naar de betreffende winkels.
11.Mijn ultieme liefdesliedje is van Roberta Flack. In de link naar Marja staat mijn antwoord in haar reactieveld.
12. Ooit wil ik sax leren spelen. Staat in hetzelfde Award-blog als de boektitels (-:
13. Favoriete quotes: alle antwoorden zijn goed. Ik maakte een fout door vroegtijdig op “publiceren” te klikken. Mijn blog was nog niet af, waardoor er twee varianten in omloop waren.
14. Het waarschuwingslabel. Dit was dé instinker met afstand. Het is waar: ik wil vooral met rust gelaten worden. Voor het geval dát heb ik mijn mening paraat.
Slechts twee personen gaven het juiste antwoord: A’tje en Ekim.

Iedere deelnemer krijgt als hij/zij dat wenscht een persoonlijke kaart.

Geef me een seintje én je adres als je die kaart wil ontvangen! Mailen kun je naar pippi at freeweb punt nl.

Finland-prijsvraag

120 kaarten

Eindelijk: hier is-ie dan!

Korte uitleg voor nieuwkomers:
Roos ging in augustus 2016 voor vier maanden voor haar studie naar Finland.
Bij het afscheid op Schiphol gaf ze me een tasje met daarin 120 enveloppen: voor elke dag dat ze weg was één. Op iedere kaart stond een vraag die ik mocht beantwoorden. Roos zei: ‘Zodoende ben je toch een beetje bij mij.’

De vragen waren divers:
– Hoe vaak heb ik vroeger tegen Roos gezegd: ‘En wat zeg je dan?’
– Wat is mijn mooiste kledingstuk?
– Heb ik een raar talent?
– Als er een feestdag naar mij vernoemd zou worden, waar zou die dan voor staan…

Een aantal vragen heb ik er voor jullie tussenuit gepikt.

Wie kan er meedoen?
Iedereen die eerder gereageerd heeft op mijn blog. Sorry, lurkers!

Wat kun je winnen?
Een kruimeldief
Twee originele Finse sleutelhangers uit Lapland – een Finse euromunt van 20 cent – 50 Russische roebels – een kaart met rendier – een taartkleedje uit Talinn (Estland) –  een dagboek voor vijf jaar: elke dag een vraag (handig voor als je een blog-dip hebt.)
Succes iedereen!

  1. Wat is  mijn favoriete boek?
    a) Simone van der Vlugt – Rode sneeuw in december.
    b) Terry Hayes – Ik ben Pelgrim.
    c )Martin Bril – Het evenwicht.
    d) J.K. Rowling – HP and the deathly hallows.
  1. Wat wilde ik vroeger worden als ik groot was?
    a) Generaal in het leger
    b) Dierenarts
    c) Brandweervrouw
    d) Tandenfee
  1. Als ik een slechterik kon spelen in een film of serie, wie zou ik dan willen zijn?
    a) Bellatrix Lestrange uit Harry Potter
    b) Eucalypta uit Paulus de Boskabouter
    c) Juf Bulstronk uit Matilda
    d) Cruella de Vil uit 101 Dalmatiërs
  1. Wie is mijn favoriete zanger aller tijden?
    a) Bono (U2)
    b) Bob Dylan
    c) David Bowie
    d) Frank Boeijen
  1. Wat doe ik het liefst als ik kon kiezen:
    a) Eeuwig kunnen leven?
    b) Steenrijk zijn?
    c) Onzichtbaar zijn?
    d) Zorgeloos kunnen slapen?
  1. Wat is mijn laatste nieuwe aankoop?
    a) Eland laarsjes
    b) Slangenleren laarsjes
    c) Hagendis laarsjes
    d) Kekke cowboylaarsjes uit de uitverkoop
  1. Als ik één toverspreuk kon uitvoeren, welke zou dat dan zijn?
    a) Onzichtbaar zijn
    b) De tijd kunnen stilzetten
    c) Dierenbeulen straffen
    d) Vrede voor iedereen
  1. Als ik kon dineren met een historisch figuur, wie zou dat dan zijn?
    a) Jeanne d’Arc
    b) Winston Churhill
    c) Aletta Jacobs
    d) Margaret Thatcher
  1. Wat is het ondeugendste dat Roos als kind heeft gedaan?
    a) Een lange vinger achteloos weggooien. Ze wilde “die!’ (Taart.)
    b) Maandverband op haar gezicht en kleding plakken
    c) Behang van de muur boven haar ledikantje pulken.
    d) Een niveablik uit de douche gepakt en zich onder gesmeerd
  1. Wat is mijn favoriete winkel?
    a) De Bijenkorf
    b) Boekwinkel Donner
    c) O zo mooi kledingwinkel
    d) Wolwinkel de Schapekop
  1. Wat is mijn ultieme liefdesliedje? (let op: dit is een instinker!)   
    a) Ray Conniff – Love Story
    b) David Bowie – Lady Grinning Soul
    c) Roberta Flack – The first time ever I saw your face
    d) Shirley Bassey – Something in the way he moves
  1. Welk instrument zou ik graag goed kunnen spelen?
    a) Viool
    b) Saxofoon
    c) Carillon
    d) Gitaar
  1. Wat is mijn favoriete quote:
    a) Als ik wil, kan ik alles wat ik wil (Annie M.G. Schmidt)
    b) Don’t panic! The worst is yet to come
    c) You can only be young once, but you can be immature forever
    d) En ik schrijf nog lang en gelukkig
  1. Als iedereen een waarschuwingslabel zou krijgen, wat zou er dan op de mijne staan?
    a) Houd afstand!
    b) Mening paraat
    c) Slechterik met vechthond (Rosa)
    d) Handle with care.

Moeite met vraag 11? Marja weet raad.

Je kunt je antwoorden in het reactie-vak plaatsen of je oplossing mailen naar: pippi at freeweb.nl
Insturen tot maandag 30 januari 23.59 uur 2017.

Degene met de meest goede antwoorden heeft gewonnen. Bij meerdere winnaars wordt geloot; Roos verricht de trekking.
Over de uitslag kan niet worden gecorrespondeerd. Haha (-:
Zet ‘m op!