Ken je dat gevoel, dat je af en toe treurig wordt van alle toestanden in de wereld? Je kunt er niets aan doen of veranderen, maar krijgt ze wel elke dag op je bordje geserveerd. Via internet, de krant of de tv. Soms wil je daar iets tegenoverstellen, noem het een kwaliteitsmomentje inbouwen. Maar probeer maar eens te verzinnen wát! Nou, zíj gaan het in elk geval proberen.
Het is ochtend; echt nog heel vroeg. Stilletjes zit ze op het witte, houten bankje in de tuin. Daar komt het dienblad met het ontbijt: beschuitjes, hompen ontbijtkoek met roomboter, en sloten koffie om warm te blijven.
‘Loop maar om de vijver heen, hoor! Niet over de plank’, adviseert de zitster.
Ja, dat lijkt de draagster zelf ook het beste. Ze ziet geen hand voor ogen, laat staan de vlonder over de vijver.
Buiten is het windstil en donker, alhoewel dat laatste slechts een kwestie van tijd is. Zusterlijk kruipen ze naast elkaar op het bankje en nippen zwijgend van de koffie. Het is ook nog een beetje vroeg om te praten. De stilte is juist prettig. Lange tijd staren ze voor zich uit, zonder enige elektronische onderbreking. Hoe vaak maak je dat nog mee?
Ongemerkt schuiven ze dichter naar elkaar toe. De kou trekt van de grond, via hun benen omhoog naar boven. Poeh, het is nog een slopende zit op dat harde bankje, maar ze willen het voor elkaar niet weten.
Hadden ze niet nog een kwartier langer in bed kunnen blijven liggen?
Begint het te gloren of is het hun verbeelding omdat ze het zo graag willen?
Een eerste merel laat voorzichtig van zich horen ‘Gwutto! gwutto!’ roept de grutto in de polder. Vleermuizen vliegen een laatste rondje door het zwerk en de lucht wordt overtuigend lichter.
Ze stoten elkaar aan. Het zal nu vast niet lang meer duren! Ze voelen de belofte van de zonsopkomst in de vochtige lucht.
Dat de rest van heet dorp nog slaapt, moeten zijn weten.
Langzaam laat de zon zich zien. Beetje voor beetje klimt ze omhoog tegen een oogverblindend mooie lucht.
Ze knipperen met hun ogen. Een Fisterman’s friend-momentje? Nee, het is de dauw die van hun wimpers rolt.
De ene merel roept en een ander geeft antwoord. Weldra klinkt het geluid van tientallen vogels. Is elke zonsopgang zo mooi en hemelsrood?
Waarom gaat elke ochtend dit wonder aan hen voorbij?
Ze zien ze hoe de zon steeds hoger klimt tot ze schijnt in volle glorie.
Ze zuchten en voelen zich voldaan. Dit helpt écht tegen de onrust in je hoofd. Het mag dan koud zijn aan hun kont. Het is mieters warm aan hun hart!